Fiscaal partner

Heb je een partner of woon je samen, dan deel je vaak kosten en inkomsten. Dat geldt ook voor de belastingen. Fiscaal partners mogen onderling een aantal inkomsten en aftrekposten verdelen. Dat kan flink in de te betalen belasting schelen. Anderzijds wordt het inkomen en vermogen van jou en je fiscaal partner bij elkaar opgeteld, waardoor je minder snel in aanmerking komt voor bepaalde voordelen.

Situaties
Je bent niet zomaar elkaars fiscaal partner. De regels verschillen bovendien per belastingsoort. Zo kun je bijvoorbeeld voor de erfbelasting geen fiscaal partner zijn en voor de inkomstenbelasting wel. Of andersom.
Voor de inkomstenbelasting heb je een fiscaal partner als een van de volgende situaties geldt:

  1. Je hebt een echtgenoot of geregistreerd partner.
  2. Je hebt een samenlevingscontract afgesloten bij de notaris
  3. Je hebt samen een kind.
  4. Jij of je partner heeft een kind van de ander erkend.
  5. Je bent partner voor een pensioenregeling.
  6. Je hebt samen een koopwoning.
  7. Jij of een van je medebewoners heeft een inwonend kind jonger dan 18 jaar.
  8. Je was vorig jaar al elkaars fiscaal partner.

Voor punt 2 tot en met 8 geldt bovendien dat jullie allebei op hetzelfde adres moeten staan ingeschreven. Woon je alleen met je kind, deel je een huis met je broer of zus of een van je ouders, dan zijn jullie alleen fiscaal partner als jullie beiden 27 jaar of ouder zijn aan het begin van het kalenderjaar.

 

Eén partner
Je kunt maar één fiscaal partner tegelijk hebben. Zijn er meer mensen die in aanmerking komen voor fiscaal partnerschap met jou? Dan is de eerste van bovengenoemde situaties van toepassing. Ben je bijvoorbeeld getrouwd, maar heb je samen met een nieuwe partner een huis gekocht? Dan is degene met wie je bent gehuwd, je fiscaal partner.